Een honderdjarige zanger met een iconische microfoon : RCA 44B
Die honderdjarige is Frank Sinatra, die op 12 december 1915 in Hoboken geboren werd; Hoboken New Jersey weliswaar.
En de beroemde microfoon was de standaard-studiomicro van de vooroorlogse Flageystudio’s : de RCA 44B. Het NIR was in goed gezelschap : De natuurgetrouwe, warme klank van deze microfoon maakte hem populair in de Amerikaanse muziekstudio’s en bij de Amerikaanse crooners van de jaren ‘30 tot ‘50. Van Bing Crosby, over Sinatra tot Elvis Presley. Nu nog zijn van deze microfoon nieuwe, onverholen imitaties op de markt (bijvoorbeeld de AEA R44CE).
Wat maakte hem zo speciaal? Het is een zogenaamde bandmicrofoon (ribbon mike). Een heel dun aluminium lintje (of bandje) dat slechts lichtjes opgespannen is trilt tussen de polen van een hoefijzermagneet en zet zo geluid om in spanning. De microfoon is gevoelig voor geluid dat invalt langs voor en achter, maar niet langs de zijkanten, langs onder of boven. Men zegt dat hij bidirectioneel is, in tegenstelling tot de andere microfoons van die tijd (de jaren dertig), die rondomgevoelig, omnidirectioneel, waren. Ze vangen minder omgevingsgeluid op dan deze laatste soort, en dat maakt ze ondermeer geschikt voor zanggroepen, of studiogesprekken, met de deelnemers elk aan één kant van de tafel, de micro er tussen in. Of zoals in dit doorkijkje naar de luisterspelstudio in het Flageygebouw.
Hoe werkt hij?
Denken we even al het overbodige weg. De zwarte u-vormige stukken boven- en onderaan zijn magneten. De twee heldere vertikale staven in het midden vormen de poolschoenen. Daartussen zien we de in zigzag geplooide band. Boven- en onderaan zijn er schroefjes en plaatjes die de band inklemmen. In het midden is hij beschadigd. (Dat was hij al voor ik de microfoon open schroefde.) Onderaan zien we (geel) een van de draden die de opgewekte spanning afvoeren.
Wat is er speciaal? Zowel langs voor als langs achter kunnen geluiden invallen op het bandje en het doen meetrillen. Die trillingen wekken dan een elektrische spanning op.
Maar om langs achter het bandje te bereiken moet geluid dat langs voor invalt een omweg maken langs de poolschoenen heen. De afgelegde weg is dus groter, het komt achteraan iets later toe, en er is een faseverschil. De netto trilling van het bandje – en dus de uitgangsspanning - is maximaal.
Wanneer de geluidsgolf schuin invalt is het faseverschil kleiner, en zal het bandje minder sterk trillen.
Het is duidelijk dat een golf die langs zij invalt de voor- en achterkant van het bandje te zelfder tijd bereikt, en dus geen netto-effect heeft. De uitgangsspanning is dan nul.
(Tekeningen uit “Microfonen” van Willy De Boeck, uitgave BRT Instructiecentrum.)
Zo’n eenvoudig bandje van een vijftal cm lang wekt natuurlijk maar een kleine spanning op. Daarom zit in de onderkant van de microfoon een transformator die de uitgangspanning verhoogt.
Om een vlakke, brede frequentieweergave te hebben moet het bandje zeer licht zijn, en (bijna) vrij kunnen bewegen. Het is daarom ongeveer 1,5 micrometer dik ( huishoud alufolie is ongeveer 15 micrometer dik) en in zigzag geplooid. Het is zo licht dat men zijn adem moet inhouden bij het monteren. Het betekent ook dat het zeer gevoelig is voor luchtverplaatsingen. Daarom gebruikt men dit soort microfoons nooit buitenshuis, en zit er voor het bandje (en ook er achter uiteraard) een ingebouwd plofscherm met zijdedoek. Zie de volgende foto.
We moeten ook nog vermelden dat de microfoon des te gevoeliger is voor lage tonen naarmate de geluidsbron dichterbij is. Het zou ons te ver leiden om dit hier te verklaren, maar om hieraan te verhelpen kan men onderin bij de elektrische verbinding kiezen tussen twee mogelijkheden : muziek of spraak , (zie de “V”, voice, op de verbinding onderaan) waarbij de lage frequenties verzwakt worden. Er is ook keuze tussen de impedanties 50 of 250 ohm.
Zie de frequentiekarakteristiek en de richtingskarakteristiek uit de RCA-catalogus van 1939.
De microfoon is begin dertiger jaren van vorige eeuw uitgevonden door Harry Olson, de bekende RCA-akoesticus. (RCA en Western Electric streden toen voor de dominantie op audiogebied.) Een etiket binnenin vermeldt onder meer zijn Amerikaans octrooi 1.885.001 van 25 oktober 1932. (Zie http://www.freepatentsonline.com/1885001.html .)
In zijn octrooi stelt Olson verschillende uitvoeringen voor. Zo ook deze hieronder. Ze hebben telkens bovenaan een dikke spoel : een elektromagneet.
In die tijd waren de permanente magneten onvoldoende krachtig voor een goed resultaat. In de erop volgende jaren komt daar verandering in; in de productiemodellen hebben we een gewone magneet boven- en onderaan.
Als uitsmijter kunt u luisteren naar het lied dat de Amerikanen naar eigen zeggen de tweede wereldoorlog mentaal heeft doen overleven. Het lied van Irving Berlin werd in première gezongen door Kate Smith op 11 november 1939. Zo’n zangeres kan twee RCA-microfoons gebruiken. De kwaliteit van de opname doet natuurlijk geen recht aan de kwaliteit van de RCA 44 zelf. Het fragment komt uit de film uit 1942 “This is the Army”. U herkent ongetwijfeld de jonge Ronald Reagan.